De Museumvereniging Nederland heeft al gemeld dat het publiek heeft de weg naar de musea teruggevonden. Ook het Industrieel Museum Zeeland heeft hier zijn graantje van meegepikt. In het afgelopen jaar hebben een kleine 15000 bezoekers, individueel of in groep met gids, kunnen genieten van het vele moois dat het museum te bieden heeft.
Coördinator Bennie Vermandel vertelt: Vooral in de vakantieperiodes is het bezoek toegenomen. Het museum organiseert dan altijd speelse en instructieve evenementen voor de jeugd. De Technisch Lego tentoonstelling en workshops van Aloys Sponselee in de zomervakantie en de “Mad Science Show” waren positieve uitschieters.”
Het museum speelt ook een rol in het educatieve Zeeuwse programma “Huis van de Techniek”. Een bezoek met hun school aan het museum wakkert hopelijk de belangstelling voor techniek aan bijl leerlingen van lagere en middelbare scholen, aldus Bennie.
Het museum is ook een mooie locatie om kinderfeestjes te houden. Bedrijven en verenigingen hebben het museum herontdekt als geschikte locatie voor techniek gerelateerde evenementen. Een door de Europese Unie en industrie gefinancierd technologieproject heeft dit najaar een groot evenement in het museum gehouden. Daar werden de nieuw ontwikkelde technologieën voor op afstand bestuurbare voertuigen gedemonstreerd.
Bennie sluit af: “We zijn een vrijwilligers organisatie. De vrijwilligers hebben twee tijdelijke tentoonstellingen opgebouwd, alle opstellingen in het museum piekfijn onderhouden en de bezoekers gastvrij ontvangen. Dat blijkt uit de vele positieve reacties. Onze vrijwilligers houden al deze ballen in de lucht, daarvoor verdienen ze een groot compliment.”
Het museum gaat niet op zijn lauweren rusten. De eerste lezingen in het kader van de vertelcafés hebben alweer plaatsgevonden. En op zaterdag 27 januari, als de Westerscheldetunnel weer tolvrij is, gaan de vrijwilligers de scheepsdieselmotoren weer starten. Een feestje voor de liefhebbers. |